Alledaagjes 15
jul 5, 2016
Het is zondagochtend. Ik lig al een uur wakker allerlei mogelijke smoezen te bedenken. Mijn Duitse vriendin noemt dat “der Schweinehund” en dat schijnt vaak groter te zijn dan jezelf. Vaak, maar vandaag niet. Vandaag gaat het gebeuren. Mijn lief ligt nog vredig te slapen als ik mijn sporttenue uit de kast vis. Mijn schoenen, dat is andere koek. Ik ben makkelijk 20 minuten verder, voordat ik ze achter in de winterkleerkast traceer. Beneden in de woonkamer hebben Zoon en Middelste de bank in de gebruikelijke relaxmodus gebracht met behulp van alle dekens en kussens die ze konden vinden. Nickelodeon rules.
“Mam, wat ga je doen? Ga je sporten? Echt waar???” Middelste schiet overeind bij mijn aanblik en rammelt aan haar broer. Een tweede paar grote, blauwe, stomverbaasde ogen wordt op mij gericht. “Echt waar, mam?” mengt ook Zoon zich in het gesprek. Enigszins verongelijkt brom ik dat ze het nu toch wel wat overdrijven. Maar ik ben natuurlijk geen topsporter. Niet heel regelmatig zwemmen, en het achter de kinderen aanrennen telt niet. En ze weten natuurlijk ook dat als ze mij zien rennen dat dan direct de politie gealarmeerd moet worden. Goed dus, dat daar verandering in gaat komen.
Ja, echt waar, mam gaat op de crosstrainer haar conditionele vermogens verbeteren. Ik doceer nog even over hoe belangrijk een goede conditie en hoe gezond sporten is maar Nickelodeon heeft het inmiddels weer overgenomen. Op weg naar de crosstrainer, die zich in onze tuinkamer bevindt, tevens speeldomein van ons drietal, struikel ik over het hotel van de Playmobile, waardoor nietsvermoedende hotelgasten zo vanuit hun bed in het zwembad terechtkomen.
Maar voordat ik kan starten moet ik eerst de iPad zien te vinden. Om een filmpje te kijken. Want niets is zo erg dan alleen maar moeten denken hoe lang je nog moet en hoe zwaar het wel niet is. Dan kun je beter voor wat afleiding zorgen. Na 10 minuten heb ik de familie-iPad gevonden op de houten muziekstandaard in de woonkamer.
Nadat ik de crosstrainer heb uitgegraven (hij fungeerde als kapstok van prinsessenjurken en andere verkleedspullen) kijk ik nadenkend naar het schermpje. Geen idee meer, hoe ik het apparaat zou moeten instellen. Na een intensieve speurtocht vind ik de handleiding tussen de kleurboeken en het knutselpapier, derde la rechts van het bureau. We gaan de goede kant op. Een kwartiertje later luistert het apparaat naar mij en doet mij een redelijk trainingsvoorstel. Hartslagmeter aan de oorlel, klemmetje op het t-shirt en starten maar…
Enkele minuten later zie ik vanuit een ooghoek, net voordat hier een zweetdruppel in valt, dat Middelste en Zoon plaats hebben genomen op het trapje naar de tuinkamer. De iPad vertoont inmiddels een documentaire waarin een poepspecialist een aantal zaken uit de doeken doet. Ook Kleintje is uit haar bedje gekomen, en zit erbij, starend met open mondje. “Mama, is op de crosstrainer”, zegt haar zus. “Wat is dat eigenlijk, crosstrainer?” vraagt Middelste. Ik kan inmiddels niet meer antwoorden, bang om dan in een aanval van hyperventilatie te blijven. “Kruistrainer”, zegt haar broer, die al een groep verder zit en dus vloeiend Engels spreekt. “O, dan kun je wel raden waar mama morgen spierpijn heeft”, begrijpt zijn zus.
Terwijl ik hijgend en steunend kilometers en verbruikte calorieën tergend langzaam zie oplopen leunt ook mijn lief inmiddels tegen de deuropening aan. Zelfs onze teckel komt er gezellig bij zitten. Wanneer ik 20 minuten later, einde programma, met zwarte vlekken voor mijn ogen en klotsende oksels van de crosstrainer af donder, bewijst Kleintje dat ik het van Nickelodeon heb gewonnen qua entertainment: “Pahap, mag ik chips?”
PS. Crosstrainer is niet de juiste naam. Het is eigenlijk een kuiten-, hamstring-, knieën-, buik-, billen-, bovenbenen-, en armentrainer. Ik kan het weten…