Alledaagjes 15
mrt 28, 2017
Kleintje heeft op oudjaarsdag samen met een paar andere schatten uit de buurt een florerende oliebollenhandel opgezet. Vijf stuks voor één euro. Met en zonder rozijnen. Het loopt storm in de straat. En het duurt even voordat ik doorheb dat het onze eigen oliebollen – gepland voor eigen gebruik – zijn, die daar grif van de hand gaan. En omdat ik het jaar niet wil afsluiten in de hoedanigheid van sjagrijnige muts, die geen oog heeft voor jong ondernemerschap (na het per direct opdoeken van de oliebollenkraam met inbeslagname van de resterende koopwaar) mag ze me nu helpen met de hapjes voor het feestje vanavond. De lap zalm, die ze in haar knuisje wil pakken, blijkt nogal glibberig, met als gevolg dat voor onze – op zo’n momenten altijd alerte – teckel het feestje al wat eerder begint.
“Waarom zegt eigenlijk iedereen bij een nieuw jaar “de beste wensen”? wil ze weten?” Ik denk na. “Aan het einde van een jaar denk je altijd even terug. Aan hoe het jaar was. Wat er allemaal gebeurd is. Welke leuke dingen en zo. En dan wens je dat elkaar voor het komende jaar ook alvast toe!” Dat is even de terugblik bestemd voor een 6-jarige. Alleen terugkijken op de leuke dingen is namelijk leeftijdsgebonden. Naarmate je ouder wordt leer je het leven ook van de andere kant kennen. Liefdesperikelen, ziekte, dood en andere ellende nemen ook hun plek in op het toneel van het leven. En met die wetenschap worden die “beste wensen” alleen nog maar belangrijker.
Afgelopen jaar overleed mijn beste vriend en collega. Maar er kwam ook weer iemand voor terug. Bovendien kwam mijn eerste boek uit en dat werd behalve een fantastische ervaring ook nog een succes. Het vervolg erop is al in de maak! Voor mijn gevoel heb ik afgelopen jaar een duidelijker beeld gekregen van wat ik niet wil maar ook van wat dan wel. En handel en leef ik daar ook naar. Dat zie ik als een verrijking.
Kleintje friemelt ondertussen aan de wraps, waardoor de teckel ook nog wat pijnboompitten bij de zalm geserveerd krijgt. “Misschien bedoel je wel dat iemand door de beste wensen de Staatsloterij wint!” Ze heeft ’s ochtends haar wiebeltand beloond gevonden met harde cash van de tandenfee en haar spaargeld geteld en dat is blijkbaar niet voldoende. “De Staatsloterij winnen is leuk, maar maakt ook niet gelukkig!” Af en toe kan ik pedagogisch verantwoord uit de hoek komen. “Wanneer je ziek bent of ongelukkig, helpt geld ook niet echt.”
Dat heeft ook Middelste gehoord die al de hele tijd met een vriendinnetje appt. Via de telefoons van mij en de moeder aan de andere kant. Met veel emoticons. En gelazer, omdat ik altijd eerst mijn apps wil lezen voordat deze bij kinderogen terecht komen. En dat werkt belemmerend voor haar. “Nou, als we toch die 30 miljoen naar binnen harken, dan krijgen we toch wel allemaal zo’n eigen iPhoontje, dan kan ik tenminste met mijn vriendinnen chatten. En trouwens, die-en-die-en-die hebben ook al allemaal een eigen telefoon en vast niet gewonnen in de loterij.” Verongelijkt propt ze een paar gehaktballetjes in haar mond nog namopperend over zo’n weinig begripvolle muts van een moeder waarmee ze is opgescheept.
“Is ze weer aan het puberen?” Zoon kaapt in het voorbijgaan nog een oliebol mee. Kleintje wil weten wat puberen is. “Nou, dan ga je zweten, stinken, uitslapen tot in de middag en schreeuwen tegen je moeder” leg ik uit. Ze knikt, onderwijl een dadel met spek verorberend, begrijpend. “Dat laatste doet Middelste al soms!”
“Waarom doen we die “beste wensen” niet iedere dag?” Tja, dat weet ik niet precies. “We zeggen dat één keer per jaar en soms nog met de verjaardag en daar doen we het dan mee. De rest van het jaar hakken we in kleinere stukken met bijvoorbeeld wensen als “goedemorgen”, “goedemiddag” en “fijn weekend” en “fijne week”. Denk ik…”
Ze kijkt even nadenkend. “Weet je dan wens ik jou de beste wensen, met de Staatsloterij en ook nog veel gelukkigheid en gezondheid en een fijne avond!”
Laat 2017 maar komen, met de allerbeste wensen van ons allemaal!